Ik Vertrek

een pijnlijk relaas over de staat van Nederland

Antony Oomen
6 min readNov 29, 2023
Beeld: Photo by Hasan Almasi on Unsplash

Nu Nederland massaal voor de (bedenker van de) kopvoddentax heeft gekozen, weet ik genoeg: ik ben hier niet meer welkom. Met 2,5 miljoen dociele potentiële vijanden voel ik me hier ook bepaald niet meer veilig. Maar geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om te vertrekken. Nog even niet. Eerst het verzet in.

De afgelopen maanden heb ik geregeld — bijna profetisch — de woorden in mijn hoofd horen echoën van wijlen Joep Lange, die tegen me zei: ‘Als Wilders aan de macht komt, ga ik in het verzet.’

Nu Joep er niet meer is, gedood uitgerekend in opdracht van Poetin, bij wie diens nuttige idioten als ‘Geert Milders’ en ‘Tjerk Bidet’ graag en gretig aan het onfrisse poepgat snuffelen alsof het een delicatesse is, zal ik mij in mijn eentje moeten bezinnen over hoe dat verzet eruit moet zien.

Zolang beiden met hun vieze fikken nog niet aan de rechtstatelijke knoppen hebben gezeten, neem ik mij voor om binnen de grenzen van de wet te blijven opereren en me te houden aan wat mijn eigen moraliteit me voorschrijft en toestaat.

De eerste keer dat ik het woord hoorde, was toen het in 2009 voor het eerst werd uitgesproken in de Tweede Kamer. Daar bepleitte de voorman van de PVV invoering van belasting op het dragen van een hoofddoek, een ‘kopvoddentax’.

Rutte I

Dat ik hiervan getuige was, berustte enigszins op toeval: ik had tussen de bedrijven door even de tv aangezet om naar de Algemene Beschouwingen te kijken. Ik voel nog de ijzingwekkende huiver die ik toen gewaar werd als ik eraan terugdenk. Het jaar daarop begon Mark Rutte zijn eerste kabinet in elkaar te timmeren en schreef ik in een column:

U kunt gerust gaan slapen. Terwijl u droomt, studeert Mark Rutte op de wijze waarop hij ‘de agenda van hoop en optimisme’ van de PVV voldoende tot zijn recht kan laten komen in een regeerakkoord. Natuurlijk zal hij daarbij zorgvuldig de ‘oplossingen’ overwegen die de PVV in haar verkiezingsprogramma heeft aangedragen voor de toekomst van ons land. Ik noem er een paar: ‘etnische registratie van iedereen, inclusief vermelding “Antilliaan”’; ‘afschaffen Eerste Kamer’; ‘repatriëring van de macht uit Brussel naar Nederland’; ‘afschaffing van het Europees parlement’; ‘ontwikkelingshulp alleen in de vorm van noodhulp’; ‘het staken van alle subsidies aan de anti-Israël-industrie, zoals ICCO, OxfamNovib, etc.’

Degene die graag wil geloven dat Mark Rutte (nadien, pas nadat Wilders zijn kabinet had opgeblazen) de PVV succesvol onder controle want buiten de macht heeft weten te houden, vergeet dat uitgerekend Rutte in 2010 juist is begonnen het rechts-extreme populisme salonfähig te maken. Hij heeft het onvoldoende serieus genomen en er alle jaren nadien schaamteloos mee geflirt.

De genadeloze rechtse poeier die Geert Milders vorige week uitdeelde, moet hem knock out hebben geslagen. Arme Mark. Dit valt niet meer te fiksen.

Zwitserland

De eerste keer dat ik uit Nederland vertrok om in het buitenland te gaan wonen en studeren, was in 1978. Ik had Baldwins Giovanni’s Room herlezen en wilde sindsdien naar Parijs. Het werd Basel, want daar had ik vrienden wonen bij wie ik een kamer kon krijgen. Een oude dienstbodekamer op de zolderverdieping, waar ik me, over de daken uitkijkend, toch een beetje in Parijs kon wanen.

Mijn oudere vriend Lukas V. waarschuwde me toen al voor een Europees migratieprobleem. In Zwitserland had men veel seizoenswerkers, werkzaam in de horeca. Die moesten zodra het hoogseizoen ten einde was, allemaal weer terug naar huis, meestal Italië. Ik vond dat wreed, althans gevoelloos, maar Lukas zei: het alternatief is vele malen wreder. Hij wees daarbij fijntjes op de Rotterdamse rassenrellen van begin jaren ’70: ‘zoiets zul je hier niet zo gauw zien.’

Ik heb geen nostalgisch verlangen naar de jaren ’70, of naar welke jaren dan ook, maar ik had een fijne tijd in Zwitserland. Het grote voordeel van in het buitenland wonen is toch echt dat je voor een tijd verlost bent van het Hollandse provincialisme. Op reis of woonachtig doe je je er tegoed aan boekhandels en bibliotheken, musea en concerten en je leest de nationale kwaliteitskranten. In Zwitserland was dat de Neue Zürcher Zeitung.

Deze NZZ berichtte vorige week ook prominent over de ‘politieke tsunami van populistisch rechts’ in Nederland: Geert Wilders, Europas Pionier der Islamophoben ist zurück. De Nederlanders komen in opstand tegen de ongecontroleerde immigratie en tegen het verlies van welvaart, concludeerde de krant. En: de migratiekwestie duwt Europa steeds verder naar rechts, totdat de ongecontroleerde immigratie is ingeperkt.

Daar waarschuwde vriend Lukas indertijd voor, maar ik vond dat toen nogal rechts.

VVD — PVV

Het laat zich raden hoe het politieke draaiboek zich nu verder zal ontrollen. Er worden verkennende gesprekken gevoerd onder leiding van Ronald Plasterk, de Joe Manchin van de PvdA. Die gaat op zoek naar een werkbare coalitie ‘over rechts’, mét de VVD dus, die in zo’n kabinet de enige partij zal zijn met bestuurlijke ervaring.

Hoe dicht de VVD bij de PVV ligt zie je duidelijk aan haar electoraat, waarvan de overgrote meerderheid bestaat uit nepliberalen die hun vingers reeds aflikken bij hun droomkabinet Wilders-Yeşilgöz.

Hoewel internationale politiek niet op de verkiezingsagenda stond, niet bij de partijen, maar ook niet voor de journalistiek, wordt het wel tijd om daar eens bij stil te gaan staan. Nederland is niet alleen een van de grondleggers van de Europese samenwerking, maar heeft de EU bovendien mee opgebouwd tot een succesverhaal, waar elke Nederlander de vruchten van plukt.

Maar de Nederlander zal dat worst zijn. Die wil stennis en stampij, polarisatie. Hij wil Zwarte Piet, Nederland uit de EU, het klimaat en de natuur verder naar de gallemiezen.

Ach, het zal zo’n vaart niet lopen, hoor ik u denken, onze grondwet en onze instituties zijn te solide voor populistische erosie. Maar zo werkt dat niet.

Demissionair minister Sigrid Kaag haalde onlangs bij de Kristallnacht de Duits-Joodse filoloog Viktor Klemperer aan, die in zijn dagboeken uitlegt hoe het dan wel werkt:

‘Taal dicht en denkt voor mij. Ze stuurt mijn hele psychische wezen, naarmate ik me vanzelfsprekender en onbewuster aan haar overgeef. En als nu de beschaafde taal uit giftige elementen is gevormd of draagster van gifstoffen is geworden? Woorden kunnen nietige stukjes arsenicum zijn: ze worden ongemerkt ingeslikt en lijken geen uitwerking te hebben, maar na enige tijd is de gifwerking er toch.’

In 2009 kregen we met Wilders’ ‘kopvoddentax’ niet een nietig stukje arsenicum geserveerd, maar een volle paplepel. Die hebben we gulzig geslikt. Want wij vreten wat de pot schaft.

Kopvodden-visie

Dat vreselijke woord, ik krijg het maar niet uit mijn hoofd. Rutte viel er destijds niet over, sterker nog, zijn laatste kabinet heeft hij zelf laten vallen over het populair-racistische discours van migratie-afkeer.

Dertien jaar heeft Rutte niet alleen de kans, maar ook de macht gehad om een langetermijnvisie te ontwikkelen op het wereldwijde migratievraagstuk en met werkbare oplossingen te komen. De VVD heeft in al die kabinetten van hem de bewindspersonen geleverd die dat gestalte moesten geven. Die hebben, met uitzondering misschien van Eric van der Burg, helemaal niks voor elkaar gekregen.

Visie, daarvoor moest je van Rutte maar naar de oogarts, een uitspraak overigens die hij had geleend van Helmut Schmidt, een Duitse sociaaldemocraat: ‘Wer eine Vision hat, der soll zum Arzt gehen.’

Rutte, die ineens een internationale carrière ambieert als secretaris-generaal van de NATO kan dat nu gevoeglijk op zijn buik schrijven. Want uitgerekend nu heeft het Nederlandse volk zijn vertrouwen gesteld in de ‘mildere’ versie van islamofoob Wilders, Geert Milders. (Wat zal Rutte Yeşilgöz haten!)

Het moge zonneklaar zijn: de verliezer van de vorige week gehouden verkiezingen heet Mark Rutte. En de winnaar heet niet Geert Milders, maar Vladimir Poetin.

--

--

Antony Oomen

Publicist, poet, writer. Retired communications adviser. Worked in public health and publishing. Studied German and Dutch literature and linguistics.